Moeilijkheidsgraad: Moeilijk
Waarvoor dient de functie?
Een Nederlandse postcode bestaat uit vier cijfers, een spatie en twee hoofdletters, bv. 3524 AS. Om de postcodes van enquêtedeelnemers op te vragen, kunt u het beste twee afzonderlijke vragen in uw enquête opnemen, bijv. een selectielijst met alle mogelijke 4-cijferige postcode-combinaties van een woonplaats EN een open vraag waarin de twee postcodeletters moeten worden opgegeven. Tussen de 4 cijfers en 2 letters van een postcode dient een spatie te staan. Voor een juiste weergave van de postcode in bijvoorbeeld een tekstblok of de ruwe data kan van de concat-functie gebruik worden gemaakt.
Use case en hoe in te stellen?
Neem eerst een selectielijst in de enquête op waarin u een deelnemer vraagt de vier cijfers van zijn/haar postcode te selecteren (Verplichte vraag). Bij de Antwoordmogelijkheden geeft u alle antwoordopties voor de gestelde vraag op, bv. de postcodes 8200, 8202, 8203, 8211.
Daarna voegt u een open vraag aan de enquête toe waarin de desbetreffende deelnemer de twee letters van zijn/haar postcode moet opgeven (Verplichte vraag). Selecteer bij Formaat tekstveld de waarde Klein en bij Antwoordgegevenstype de waarde Geen.
Vervolgens creëert u een validatie-element om ervoor te zorgen dat het door een deelnemer verstrekte antwoord correct is. Bij het tekstvak Foutmelding legt u bijvoorbeeld vast dat er exact twee letters moeten worden opgegeven. Aansluitend geeft u op het venster Filter (te openen via de knop Voorwaarde(n) bewerken) aan onder welke voorwaarde(n) een foutmelding aan een deelnemer moet worden getoond.
Zo’n voorwaarde kan er als volgt uitzien:
- Verberg dit validatiebericht
- Als – Vraag – q2 – Geef de twee letters van uw postcode op? – komt overeen met reguliere expressie – ^([A-Z]{2})$
Indien de door een deelnemer ingevoerde gegevens (hier: twee letters) aan de reguliere expressie voldoen, zal er geen foutmelding worden afgebeeld. Na opgave van de reguliere expressie, moet u nog op de knop Opslaan klikken.
Onder het validatie-element definieert u tot slot een waardetoewijzing. In dit element kunt u een formule opnemen. Bij de instelling Uitvoeren selecteert u de optie Elke keer dat de respondent langs dit punt komt.
De formule bij de waardetoewijzing in de bovenstaande afbeelding kan als volgt worden geïnterpreteerd: de postcode wordt samengesteld uit de door een deelnemer geselecteerde antwoordoptie (bijv. 8211) uit vraag q1, een spatie (aangegeven tussen dubbele aanhalingstekens) EN de door een deelnemer opgegeven twee letters (weergegeven als hoofdletters) uit vraag q2.
Bij het aanmaken van de variabele moet u een variabele naam (bijv. Postcode) invoeren en het datatype Tekenreeks (Tekst) selecteren. In het vak Is gelijk aan de volgende term: legt u dan de formule vast.
Als u een deelnemer de door hem/haar opgegeven postcode wilt tonen, kunt u na de waardetoewijzing een tekstblok in de enquête opnemen. In dit tekstblok kunt u tekst als U heeft de volgende postcode ingevoerd: EN een custom variabele placeholder opnemen. Deze placeholder krijgt altijd de prefix custom, bv. {{custom.Postcode}}. Voor een beschrijving van de procedure m.b.t. het opnemen van een placeholder in een tekstvak wordt u aangeraden het artikel Rich Text Editor (RTE) te raadplegen.
Bij het downloaden van de ruwe data zult u zien dat de door de deelnemers opgegeven postcodes in het juiste formaat worden afgebeeld.